Deze uiterwaard, halverwege het Gein, is in 2023 hersteld. De particuliere eigenaar heeft ervoor gekozen daarmee de oude biodiverse waarden terug te brengen nadat het jarenlang niet was onderhouden.
Met hulp van Robert-Jan Prins (De Bokkenprins en tevens initiator van deze stichting) en een provinciale subsidie is een herstelplan opgesteld en uitgevoerd. Het ringslootje is uitgediept en het ringdijkje opgehoogd waardoor de waterhuishouding in dit gebied sterk is verbeterd. Het leerteam heeft elzen uitgestoken en een pad op het dijkje gemaaid waardoor het kraantje van Loonbedrijf Schuurman erover kon rijden, een schouwpad dus (zie de laatste 2 foto’s hieronder). Al eerder was begonnen met specifieke begrazing door bokken en geiten om de verruiging een halt toe te roepen; zij eten alle bramen weg. De uiterwaard wordt twee maal per jaar gehooid: niet alleen maaien, maar ook het maaisel afvoeren. Hierdoor krijgen stikstof-minnende planten, zoals grassen, brandnetels en bramen minder kans en geef je ruimte aan kwetsbare planten.
Nu al vind je er meer (zeldzame) bloemen zoals dotters, koekoeksbloem, torkruid, moerasvergeet-mij-niet, moeras-walstro, schildereprijs, egelboterbloem e.d. En zijn er rietzangers, witgatje, kleine karekiet, watersnip en de ijsvogel waargenomen en is het een jachtgebied voor de kerkuil, sperwer en vleermuis geworden. Ook zijn er al veel amfibieën zoals kikkers en salamanders.
Volgens oudere bewoners van het Gein heet deze uiterwaard Alma-Ata.